Ik was al gefascineerd door honden en hun gedrag sinds mijn kindertijd. In die tijd, ruim veertig jaar geleden, werd de lineaire dominantietheorie aangenomen als dé waarheid en manier om met je hond om te gaan. Ook door hondentrainers in scholen, hondengedragstherapeuten, in boeken of op televisie werd dit, en vaak nog steeds, doorgegeven. Maar wat is deze theorie juist? Waar gaat het over en waarom is het achterhaald?

De lineaire dominantietheorie, een zestig jaar oud model met een grote impact en gevolgen

Het woord ‘dominant’ is afgeleid van het Latijnse dominare wat ‘overheersen, de baas zijn’ betekent. De uitleg van dit model is rechtlijnig en eenvoudig. Je moet streng zijn, jij moet de leider zijn tegenover jouw hond en dit afdwingen. Het model stelt dat honden altijd dominant en de hoogste in rang willen zijn. Dit zouden ze geërfd hebben van hun voorouders, de wolf. We leerden onze superioriteit tegenover de hond te bewijzen. Wanneer de hond niet luistert en doet wat je wilt, dan moet hij dat maar voelen. De hond werd gezien als een gedomesticeerde wolf.

10 wolven

Om de dominantietheorie of alfatheorie te begrijpen, moeten we  terug gaan in de tijd. Wetenschapper en Nobelprijswinnaar Konrad Lorenz (1903-1989) onderzocht als etholoog het rangordegedrag bij vogels en honden. Later werd dit tijdens het interbellum overgenomen door de Zwitserse Zoöloog Rudolf Schenkel (1914-2003). Hij bestudeerde in 1947 het gedrag van tien wolven in gevangenschap. Bij dit onderzoek was er wel degelijk sprake van een duidelijke hiërarchie en agressie waarbij de sterkste wolf het voor het zeggen had. Men ging ervan uit dat dit een echte wolvenroedel was zoals deze in de natuur voorkomt, een groep wolven waar een sterke hiërarchie en rangorde heerst. De sterkste was de ‘alfawolf’ en bepaalde de wet. De ‘Alfatheorie’ was geboren en heeft het beeld van het gedrag van onze honden decennia lang bepaald.

De dominantietheorie is echter een grote misvatting.

  • De wolven bij dit onderzoek vormden geen echte roedel. Ze werden willekeurig bij elkaar gezet. Een echte wolvenroedel bestaat uit een echte familie van grootouders, ouders en pups. Soms mag een enkeling, geen familielid, zich bij die wolvenroedel vervoegen. De oudere wolven komen niet door dominantie aan de macht, zoals men eerder aannam, maar zijn enkel bezig met de verzorging en bescherming van de groep.
  • Het onderzoek werd uitgevoerd bij tien wolven op een oppervlakte van tien op twintig meter in de dierentuin van Basel. Deze oppervlakte was veel te klein, waardoor spanningen en stress ontstonden. Het schetste een totaal verkeerd beeld van de realiteit binnen een natuurlijke wolvenroedel.

Tot overmaat van ramp bevestigde bioloog Lucyan David Mech deze onjuiste theorie van Schenkel in zijn boek ‘Wolf: The Ecology and Behavior of an Enangered Species’. Het boek beschrijft dat je er zeker moet voor zorgen dat je hond geen Alfa wordt in huis. Deze theorie zit hierdoor diep in ons collectief geheugen. Het leidt tot onbegrip en mishandeling van honden, zelfs nadat L. David Mech later bekend maakte dat zijn eigen theorie onjuist was. Na dertien jaar onderzoek in de natuur heeft hij nooit een ouder dier gezien dat een ander dier corrigeerde door pijn. Het in bedwang houden, vaak op pijnlijke manier, om leiderschap af te dwingen wordt vandaag nog steeds toegepast, wat absoluut niet bevorderlijk is voor een goede relatie met je hond.

Ik maak wel graag een kanttekening bij het onderzoek van L. David Mech. Het was echter niet compleet. Het dertien jaar onderzoek werd uitgevoerd in de zomer, wanneer er voldoende voedsel beschikbaar was en er geen strijd nodig was om te paren. Samen moeten de dieren in dit seizoen vooral zorgen voor de kroost.

Tijdens de winterperiode zijn er altijd wel conflicten met gevechten, door de strijd om voeding en om zich te kunnen voortplanten. Dit heeft niets te maken met dominantie in de rangorde, maar met de motivatie om een doel te bereiken. De status is ook hier NIET van belang!

De taal van je hond en beloningsgericht werken

Een goede kennis van de taal van je hond is van cruciaal belang. De vele signalen die honden geven 
openen een wereld en dit toont ons steeds opnieuw hoe fout die lineaire gezagsstructuur is. Als professioneel hondengedragstherapeut word ik hier bijna dagelijks mee geconfronteerd. Toen ik 30 jaar geleden een sporthond met vlees beloonde, was dit not done. Er werd eerder spottend over deze manier van aanpak gesproken.

De laatste 30 jaar heb ik dan ook gezocht naar de beste manier om met verschillende honden om te gaan en kon ik een positieve evolutie waarnemen in de manier waarop men met honden wil omgaan. De talloze trainingen met mijn eigen honden, maar ook met die van anderen, zowel in de sport als bij particulieren, brachten door de jaren heen waardevolle inzichten. Ja, ook met moeilijke en erg driftige honden.

Vergeet dus voor altijd:

“De slipketting of koord imiteert het bijten in de nek als correctie.”

Dit is NOOIT waargenomen bij leden van eenzelfde roedel. Nekbijten is enkel te zien tegenover leden van een andere, bedreigende roedel met de bedoeling te doden. Denk eraan wat honden voelen bij correcties met stropkoordjes of pinnenbanden of zelfs die schattige anti-trektuigen. Allemaal tools met de bedoeling om de hond af te leren van je weg te gaan, maar niet om te leren wandelen.

Ik moet eerst door de deur, daarna de hond.”, 

“Mijn hond mag niet op mijn kamer slapen.”

De hond mag niet in de zetel want hij wil hoger liggen om zijn dominantie te versterken.”

Neen, honden liggen graag hoog, omdat dit een veilig gevoel geeft. Dit zien we voornamelijk bij onzekere honden.

Ik moet zijn eten of been om te kauwen kunnen pakken want ik ben de baas.”

Ik moet de hond op zijn rug leggen.”

Mijn hond komt op mijn voeten zitten uit dominantie.”

“Ik heb een zeer sterke hond met een sterk karakter. Het is nodig om er baas over te zijn!”

Hoe sterker het karakter van de hond, hoe groter het effect zal zijn van beloningsgericht trainen. Dergelijke ‘sterkere’ honden veranderen zeer snel wanneer er consequent en duidelijk met hen wordt omgegaan. Vaak hebben deze honden hogere driften. Mijn ervaring is dat vooral deze hoogdriftige, ‘sterkere’ honden de makkelijkste honden zijn om mee te werken, omdat de motivatie groter is. Het niet begrijpen van de hondentaal en verkeerde trainingen zijn meestal de oorzaak van moeilijkheden, niet het karakter of een hoger temperament van een hond.

Beloningsgericht trainen 

De stap maken van het straffen bij ongewenst gedrag naar het geven van een beloning is vaak een grote stap. Maar beloningsgericht werken brengt een gelukkige hond, een betere relatie met de begeleider en leidt tot veel betere resultaten. Hier zal ik uitgebreid op ingaan in mijn boek.

Johan.